>

Aardobservatie alom tegenwoordig op wetenschappelijk symposium

Op donderdag 23 en vrijdag 24 maart 2023 kwamen wetenschappers uit het hele land samen tijdens het Nederlands Aard- en Milieuwetenschappelijk Congres (NAC). Op dit symposium, waar wetenschappers onderzoek uit het hele veld presenteren, valt op hoe wijdverspreid en veelzijdig het gebruik van satellietdata is. ‘Aardobservatie knalt eruit op het NAC’ volgens Bernard Westerop, organisator van het congres namens NWO.


Australiƫ vanuit het ISS (beeld: ESA / NASA)
Onderzoek met satellietdata

Een kleine greep uit het gepresenteerde onderzoek met satellietdata: Het monitoren van onderzeese vulkanen met Sentinel-1 satellietdata, het in kaart brengen van schade aan gebouwen na aardbevingen, onderzoek naar aardwarmte en het monitoren van kleine bodemdieren in de Waddenzee met satellieten. In deze onderzoeken valt op dat er vaak gebruik gemaakt wordt van kunstmatige intelligentie om informatie uit de groeiende hoeveelheid satellietdata te halen. Een aantal van de onderzoeken is gefinancierd vanuit het GO programma van NSO en NWO.

Tussen de presentaties van wetenschappers door faciliteerde het NSO een sessie over het gebruik van aardobservatie in onderzoek. ‘Het is duidelijk dat wetenschappers goed gebruik maken van de beschikbare satellietdata, maar toegang tot die data en de data-infrastructuur vormen soms nog knelpunten in het gebruik.’ Aldus Radboud Koop, senior adviseur bij het NSO. ‘De input die wij tijdens dit soort congressen krijgen, gebruiken wij weer bij het adviseren over toekomstig beleid.’

Aanspreekpunt voor de wetenschappelijke gemeenschap
Vrijdagmiddag presenteerde de nieuwe raad van de aardobservatie zich in een workshop. Sander Houweling, hoogleraar aan de VU Amsterdam en voorzitter van de raad licht toe: ‘Twee jaar geleden is het strategisch plan voor de aardobservatie opgesteld door de gemeenschap, nu is het belangrijk dat er een organisatievorm is om de aanbevelingen uit te voeren. De raad van de aardobservatie representeert de wetenschappelijk aardobservatie gemeenschap en wil een centraal aanspreekpunt vormen.’ Uit de reacties bleken de wetenschappers meerwaarde te zien in de organisatievorm. De constructieve discussies over activiteiten van de raad en de toekomst van satellietdata in onderzoek vormde een mooie afsluiting van de twee dagen.