>

NSO advies: ‘Innovatiekansen Nederlandse ruimtevaart, maar lange termijn programma en voldoende budget zijn nodig’

Ruimtevaart is van grote meerwaarde voor de Nederlandse samenleving. Willen we de innovatiekansen die daaruit voorvloeien ten volle benutten, dan moeten we meer investeren met een heldere visie op de lange termijn. Dat is in twee zinnen de conclusie van het ‘NSO advies voor ruimtevaartbeleid 2023-2025’ dat vandaag samen met de beleidsbrief over het ruimtevaart namens de ministers van EZK, OCW en IenW naar de Tweede kamer werd gestuurd. Plaatsvervangend directeur bij het NSO, Joost Carpay, was nauw betrokken bij de totstandkoming van het NSO-advies. Hij geeft antwoord op de belangrijkste vragen:

Waarom geeft het NSO een advies?

“Eind november bepaalt Nederland, samen met de andere lidstaten, de bijdrage aan de Europese ruimtevaartorganisatie ESA. Als uitvoerder en adviseur van het Nederlands ruimtevaartbeleid is het NSO gevraagd een advies aan het kabinet op te stellen voor het Nederlands ruimtevaartbeleid. Op basis van dat advies bepaalt het kabinet, met de minister van Economische Zaken en Klimaat als penvoerder, het Nederlands ruimtevaartbeleid en de verdeling van het beschikbare budget.”

Hoe is dit advies tot stand gekomen?

“Het NSO heeft een breed netwerk geconsulteerd. Dat bestaat uit bedrijven en instituten die technologie en producten ontwikkelen waarmee we bijdragen aan internationale ruimtevaartprogramma’s. Maar ook de gebruikers ervan, zoals wetenschappers, ministeries, provincies, gemeenten, brandweer, politie, waterschappen. Zo hebben we een beeld gevormd van het belang van ruimtevaart voor de samenleving en de kansen die zich aandienen in de toekomst. Daarmee zijn we scenario’s gaan uitwerken uitgaande van verschillende mogelijke hoogtes van het ruimtevaartbudget.”

Welke rol speelt ruimtevaart in de huidige wereld?

“Ruimtevaart is onmisbaar voor de veiligheid in de wereld, om beeld te houden op de gevolgen van klimaatverandering, het milieu, de natuurlijke omgeving, om nog maar niet te spreken over het belang voor communicatie en navigatie. Je kunt satellieten gerust beschouwen als kritische infrastructuur voor de wereld. We zijn zelfs tijdens het opstellen van het advies geconfronteerd met de grote strategische afhankelijkheid van andere landen als het gaat om de toegang tot de ruimte. De oorlog met Oekraïne maakte pijnlijk duidelijk hoe belangrijk het is om als Europa zelf voor onze toegang tot de ruimte te zorgen. Dat gaat ons dus ook aan.”

Wat is de waarde van ruimtevaart voor de Nederlandse samenleving?

“Die waarde is groot, en breed, en er liggen kansen. Denk aan de ruimtevaarttechnologie waarmee we wereldwijd luchtkwaliteit en broeikasgassen meten, maar ook dichter bij huis, het meten van verzakkingen of bodemvocht door satellieten, het gebruik van satellietdata door brandweer, politie en waterschappen. Er dienen zich steeds meer uitdagingen aan, waar satellieten bij kunnen dragen aan de oplossing. Daar liggen kansen voor Nederland om betekenisvol te zijn, ook internationaal. In ons advies onderscheiden we 4 doelthema’s waarbinnen met name voor Nederland grote kansen liggen de meerwaarde van ruimtevaart voor de samenleving te benutten, maar ook ons internationaal te onderscheiden. We hebben het dan over: 1. Zorg voor planeet aarde, 2. Innovatie en Groei, 3. Veiligheid en strategische autonomie en 4. Wetenschap en Inspiratie.”


Joost Carpay: "We hebben nu nog een uitgangspositie van waaruit we ambitieus mogen zijn."
Hoe zouden we daar als overheid mee om moeten gaan?

“Belangrijk is slim te investeren en de blik op de verre toekomst te stellen. Door nu nieuwe technologie, producten en diensten te ontwikkelen in internationaal verband kunnen we daar in de toekomst inkomsten mee genereren. Dat is op de lange termijn te prefereren boven het uitsluitend inkopen van diensten en technologie die anderen ontwikkeld hebben. Bovendien bouwen we door deel te nemen aan internationale programma’s kennis en kunde op. Daarnaast is het belangrijk dat we inzien dat de meerwaarde van ruimtevaart breed is, en het dus hoog op de agenda moet staan van meerdere ministeries. Door met meerdere ministeries samen te werken en ook te investeren in ruimtevaart kunnen we de meerwaarde van ruimtevaart veel beter benutten en tegelijk internationaal een belangrijke rol opeisen.”

Hoe zou een lange termijn agenda er uit kunnen zien?

“We hebben nu nog een uitgangspositie van waaruit we ambitieus mogen zijn. We hebben wereldwijd erkende kennis en kunde op het gebied van heel precieze optica in de ruimte. Dat biedt kansen om in de toekomst een heel belangrijke rol te spelen op het gebied van lasersatellietcommunicatie. Een ander sterk punt van Nederland is aardobservatie. We zijn al specialist op het gebied van monitoring van de atmosfeer. Naast het behouden van die positie mogen we ook ambiëren zo’n zelfde soort status te verwerven op het gebied van monitoring van water. Tot slot zijn we aan onze wetenschappelijke stand verplicht om een hoofdrol te vervullen in toekomstige internationale wetenschappelijke ruimtemissies.” En niet te vergeten: met ESTEC in Noordwijk heeft Nederland de grootste technologische vestiging van ESA binnen de landsgrenzen. Samen met de bedrijven en kennisinstellingen in de buurt kan de omgeving van ESTEC, de NL Space Campus een groeimotor voor innovatie worden.


De Europese satelliet Sentinel-5P met het Nederlandse instrument Tropomi (beeld: ESA)
Welke rol speelt Nederlandse ruimtevaart internationaal?

“Onlangs noemde de DG van ESA het in Nederland gebouwde Tropomi instrument nog een ‘gift to the world’. Dat zegt iets over de positie die we internationaal hebben. NASA en ESA vragen niet voor niets Nederland de zonnepanelen te leveren voor de nieuwe maanmissie. En recent nog oogstte Nederland veel internationaal lof voor de innovatieve inzet van satellieten ten behoeve van voedselzekerheid in ontwikkelingslanden. We doen een aantal zaken heel goed, maar tegelijk wordt er, met name binnen ESA, ook met verbazing gekeken naar de Nederlandse investeringen in ruimtevaart. Die zijn de afgelopen jaren achtergebleven ten opzichte van veel andere landen.”

Het NSO advies verscheen vandaag als bijlage bij de beleidsbrief ruimtevaart aan de Tweede Kamer.